Totaal aantal pageviews

donderdag 26 december 2013

Wandelen door het Kerstverhaal


Je loopt door het donker achter de herder aan, een koude wind jaagt in je gezicht. De lampions zijn een lamp voor je voet en geven je een beetje licht op je pad. Ineens wordt de weg versperd door een soldaat. Is het wel een soldaat? Nee, het is een heraut die Latijn tegen je praat. Natuurlijk versta je we wel een beetje Latijn, zolang je je kunt heugen besturen Romeinen deze landstreek.
"Als je in de karavaanserail bent moet je je naam noteren. Bevel van de keizer," zegt de heraut.

 

Je gaat weer verder door de duisternis, maar je hoort het tikken van de herdersstaf en de lampion geeft aan dat het pad moeizamer wordt.

Dan ineens een helder licht. Een engel op je pad die naar de horizon wijst: "Er is een heel bijzonder kind geboren." Boven de horizon zie je een grote ster.

Eerst even uitrusten in de karavaanserail, het is er een drukte van jewelste. Reizigers verwarmen zich bij het vuur, je kunt er wat eten en drinken.

Op een stuk perkament moet je je naam noteren. Keizer Augustus zal tevreden zijn.

Als je weer op weg gaat, blijkt het niet ver meer naar Bethlehem te zijn. Bethlehem betekent  niet voor niets 'broodhuis',  je kunt er je eigen brood bakken. In de plaatselijke synagoge worden de kaarsen in de chanoeka-kandelaar aangestoken. Het lichtfeest dat verwijst naar de hernieuwde inwijding van de tempel nadat de bezetters Jeruzalem hadden verlaten.

De ster hangt niet boven Bethlehem, maar er iets buiten. Je moet weer de velden in, daar waar herders kleine uitkijktorentjes hebben gebouwd zodat ze beter op de kudden kunnen letten. De ster blijft hangen boven een verhoging. Dan ontdek je een opening in de flank van de heuvel. Je gaat naar binnen en ruikt beesten. Je loopt door een gang die steeds lichter wordt. Daar is het doel van je wandeling: Jozef en Maria zitten daar in een dierenverblijf. Maria heeft een kindje in haar armen.

Niet in een paleis, niet in een tempel, hier in de stal ontmoet je het Koningskind.

 

Afgelopen zaterdag kon je in Museumpark Oriëntalis (voorheen Bijbels Openluchtmuseum) bij Nijmegen letterlijk door het Kerstverhaal wandelen. Geen 3D-ervaring, maar een belevenis voor al je vijf zintuigen.

dinsdag 17 december 2013

God hield Zijn adem in


In de kerk wordt elke week een kaarsje extra aangestoken. Zelfs al zou je de taal in zo'n kerk niet verstaan, maar wel christen zijn, dan nog zou je weten: het is Advent.

Het is de stilte voor de Kerst, de verwachting. Niet het ongeduldige wachten bij de bushalte als de bus te laat blijkt te zijn, of de dienstregeling op de kop blijkt gegooid. Meer het wachten terwijl je gewoon met je dagelijkse beslommeringen doorgaat. Wat dat betreft lijkt het op een zwangerschap en de associatie met Maria, de moeder van Jezus is snel gelegd.
 
 

Je kunt je afvragen waarom de Messias nu precies in een tijd werd geboren van bezetting. De Romeinen bezaten het land. Israël was een onderdeel van het grote rijk geworden met een keizer aan de top die als een god werd gezien. Het kan zijn dat daardoor de boodschap van Jezus Christus juist sneller is verspreid. Via de handelswegen van het Imperium, via snelle schepen naar het Middellandse Zeegebied. Naar grote havensteden. Rome kreeg er lucht van: het New York en het Washington van die tijd.

Jezus werd precies op het goede moment geboren.

Maar of Maria, die met Jozef van Nazareth naar Bethlehem reisde, dat al helemaal kon voorzien? Ik denk het niet.

Het was nog de stilte voor Kerst.

En toen het kindje werd geboren hield God Zijn adem in.

 

dinsdag 10 december 2013

South Western Townships


Op de dag waarop Nelson Mandela werd vrijgelaten kleurden we het schoolbord onder met groen en geel krijt. De kleuren van het ANC, inclusief het zwart van het bord zelf,  prijkten zo in het leslokaal van Bibliotheekacademie in Den Haag.  Al weet ik niet meer of dat precies op 11 februari 1990 was of een dag daarna. Als studenten leefden we  in een revolutionaire tijd. Wij maakten het mee: de val van de Muur, de omverwerping van dictatoriale regimes en bij de dageraad van het laatste decennium van de 20ste eeuw, de afschaffing van de apartheid in Zuid Afrika.

Ik kon toen nog niet bevroeden dat ik meer dan dertien jaar later midden in Johannesburg zou staan. Na drie weken reizen door het noordwesten van Zuid-Afrika, Namibië en Botswana, neemt gids Joe ons mee naar South Western Townships, oftewel Soweto. Per snelweg verlaten we downtown Johannesburg naar de stad die jarenlang synoniem stond voor de strijd tegen de apartheid.

Journaalbeelden uit de jaren '80 staan me weer helder voor de geest. Valleien met talloze optrekjes, golfplaten daken, doorsneden door hoogspanningsmasten, overal mensen op de been.
"Vroeger mochten we geen elektriciteit hebben, hoewel we naast de masten woonden, nu mag het wel, maar is er geen geld voor," vertelt Joe.
We zullen nog veel meer plekken zien. Zelfs het busstation heeft symboliek. Ooit was er een protest waarbij men weigerde gebruik te maken van de bus.
Het Hector Pieterson Monument maakt veel indruk en herinnert aan het bloedbad op demonstrerende scholieren in de grimmige junidagen van 1976.

De zon gaat onder en er steekt een koude juliwind op in Soweto. We komen bij een eenvoudig bakstenen huisje. Het huis waar Mandela woonde en van waaruit hij werd weggevoerd naar de gevangenis. Maar de man die uit dit huisje werd weggevoerd, kwam ongebroken terug en was bereid zijn vijanden te vergeven en werd president van Zuid Afrika.

Het maakt de avondkou een stuk draaglijker.

woensdag 4 december 2013

Het einde van de droom


Enkele weken geleden stond in Trouw een artikel over onderzoek naar de zogenaamde wekdromen. Daar waar je wakker van wordt, blijkt te worden verwerkt in je droom. Ik zal niet in gaan op de wetenschappelijke analyses in dat stuk, maar herkenbaar is het wel.

Vaak is het de wekker die de droom verstoord, of die je uit je droom verlost.

Je bent net opgestegen met het vliegtuig op weg naar een zonovergoten vakantie op Lanzarote en er weergalmt een soort alarm in het toestel. Dat blijkt dan je wekker te zijn. Helemaal geen vakantie, je moet gewoon weer aan het werk.

Ik droomde een keer dat ik in een druk zaaltje zat met vage personen die onsamenhangend met elkaar kletsten. Er was een merkwaardig mannetje bij, een soort kabouter, leek het wel, die ineens op lage toon begon te brullen.

Het was mijn wekker.
 


Jaren geleden, het moet eind jaren tachtig zijn geweest, beleefde ik een einde aan mijn droom dat niet door mijn wekker kwam. Ik droomde dat rond mijn ouderlijk huis postbodes slopen die van alles door onze brievenbus gooiden. Soms joegen we ze weg, maar de bodes  kropen weer terug en wierpen weer allerlei onleesbare brieven door de deur. Ik ging letterlijk voor de deur liggen om de postbezorgers op heterdaad te kunnen betrappen. Ineens gooide iemand een zeer zwaar telefoonboek door de gleuf en die kwam op mijn arm terecht. Ik schrok daar wakker van en het bleek dat ik op mijn arm had liggen slapen.

Het einde van de droom is altijd verrassend.

dinsdag 26 november 2013

Hemelse herfst


"De herfst vind ik het mooiste seizoen," zegt Liesbeth, het nichtje van Nicolien.
Het is weer het jaargetijde voor de traditionele herfstwandeling in het bos.
"Hoe denken jullie daarover, zal het straks, als er een nieuwe hemel en nieuwe aarde is, ook herfst zijn?"

"Poeh, er zal geen vergankelijkheid meer zijn, geen dood," peins ik. "In de herfst sterft alles af, dus ik ben bang dat die herfst later gaat sneuvelen. Die wordt afgeschaft."

"Eens komt de Grote Zomer, zeggen ze. Dus ik denk dat de hemel later een altijddurende zomer zal zijn," zegt Nicolien.


"Super!" roept Willemijn, het jongere nichtje. "Eeuwig naar het zwembad. Altijd vakantie."

"Saaaai," moppert Liesbeth. "En je zult er wel niet kunnen flirten, want ik vraag me af of je daar wel verliefd kunt zijn. Dus wat heb je dan aan zo'n zwembad, een eeuwigheid baantjes trekken zeker."

"De blaadjes vallen wel van de bomen en dat sterft af, maar de boom zelf blijft in leven. Ik denk dat de herfst later toch nog wel bestaat," zeg ik.

"Maar hoe zit het dan met de spinnen die webben weven. Die vangen insecten die natuurlijk dood gaan." Liesbeth is nog niet overtuigd.

"Misschien zijn ze er wel, maar vangen ze besjes of kleine blaadjes," veronderstelt Nicolien.

"Spinnen in de hemel? Jij bent gek," protesteert Willemijn.

Maar voor Liesbeth is dat geen probleem. "Ik vind webben mooi, vooral als er kleine druppeltjes in hangen. Dat moet blijven vind ik."


"Paddenstoelen zullen er ook vast zijn, maar dan allemaal eetbaar. En schimmels ook, want je hebt schimmelkaas." Ik denk hardop. De natuur zonder de factor dood zal toch totaal anders zijn.

"Als er herfst is op de nieuwe aarde, dan is er dus ook winter. Ja doei." Willemijn gooit een handvol bruine bladeren richting Liesbeths hoofd, maar ze dwarrelen eigenwijs langs haar rug naar beneden.

"Misschien is het er allemaal tegelijk," oppert Nicolien. "Sommige bomen worden knalrood herfstig en daaronder bloeit een sneeuwklokje. 's Nachts een flinke sneeuwbui, maar overdag kan het 25 graden worden."

Best mogelijk dat je in die hemelse herfst door rood-gouden wouden wandelt onder een fel blauw uitspansel. Indian Summer voor altijd, denk ik later na onze aardse wandeling.
Wie weet.

dinsdag 19 november 2013

Koe op de kansel en andere micropreekjes


In maart (19 maart 2013) maakten we al kennis met het Twitter-universum van Stefanie, de vriendin van Nicolien. Ik pikte er na die tijd weer drie uit en ondervroeg haar over deze tweets, micropreekjes van maximaal 140 tekens.

 
De man staat boven de vrouw omdat de man eerder werd geschapen??? De dieren werden eerder geschapen dan de mensen... (16 maart 2013)

Stefanie: In deze tweet schop ik een beetje tegen het standpunt van sommige kerken om vrouwen niet tot het ambt toe te laten. Let wel, dat hebben ze van Paulus himself, lees 1 Timoteüs 2:14 maar eens. Adam kan wel als eerste geschapen zijn, maar de dieren waren eerder. Dus ik stel voor dat er in die kerk een koe de preekstoel mag bestijgen die de gemeente mag toe loeien!

Overigens, in mijn kerk mogen vrouwen wel toespraken houden (ik ben evangelisch).


Jezus Messias is voortgekomen via ogenschijnlijk onvruchtbare moeders. Zijn voorgeslacht alleen al is een wonder. (12 november 2013)

Stefanie: Neem bijvoorbeeld Sarah die pas op zeer hoge leeftijd Isaak kreeg. Het lukte bij Rebecca ook maar niet tot dat ze uiteindelijk een tweeling kreeg: Jacob en Esau. Overigens is die hele stamboom van Jezus er een van rare vergroeiingen en bijzondere takken. De hoer Rachab zit er in, Ruth, de vreemdelinge uit Moab, Batseba, het liefje van David en ga zo maar door. Uiteindelijk komen we uit bij Jozef en dat is de biologische vader niet eens. Toch zie ik daar voortdurend Gods hand in. Gods hand in de menselijke soap die geslachtsregister heet.

 
Als Jezus vandaag de dag zou zijn omgebracht, aanbaden Zijn volgelingen dan een beeld van een man op een elektrische stoel in de kerk? (11 augustus 2013)

Stefanie: Dat hele kruis, dat martelwerktuig uit de Romeinse tijd, staat zo ver van ons bed. En we hebben al zo vaak afbeeldingen van Jezus aan het kruis gezien, dat het, mij in ieder geval, helemaal niets meer doet. Toen ik me dat realiseerde, schrok ik wel. Doet het mij niets meer? Ik dacht: als we het verhaal eens naar anno nu zouden trekken. Dan staat er een elektrische stoel voorin de kerk met Jezus daarin. Hij zit daar in plaats van mij! Dat is confronterend, dat is ronduit schokkend, maar haalt het evangelie van dood en opstanding wel in één klap terug naar onze tijd en onze omstandigheid.
 

Meer microblogjes van Stefanie? Volg haar via @StefanieKletst op Twitter.

woensdag 13 november 2013

Geloof: verstand of gevoel?


Is geloven een kwestie van gevoel, of een zaak van het verstand? Er werd afgelopen zondag over gepreekt en ook in de Bijbelkring was het een onderwerp.

Een puur verstandsgeloof, dat is op wetenschappelijke wijze de Hemel ontdekken. Zit in de donkere materie van het heelal God soms verscholen? Had God niet de Tien Geboden op de Maan kunnen beitelen, hadden we Zijn aanwezigheid 's nachts kunnen zien.

Een puur gevoelsgeloof is luisteren naar je hart. Voel je vreugde? Misschien is dat de aanwezigheid van de Heilige Geest. Ben je angstig? Dan zal God vast ver weg zijn.

Twee uitersten en alle twee leiden ze tot niets.

 

Ik vergelijk het met een rivier. In de beddingen van de rede, stroomt de rivier van het gevoel. Is er geen bedding en is er geen oever, dan raak je op drift in een eindeloze en oeverloze gevoelszee. Je bent heerlijk vrij, maar je hebt nergens houvast, je waait met alle winden mee.

Maar een rivier zonder water is niets meer dan een droge bedding, een smalle vallei. De prachtige Kloof van het Verstand is schitterend vormgegeven, maar zonder stroming behoorlijk vruchteloos.

Het is een wisselwerking, geloven met je gevoel en je verstand. Maar het belangrijkste is: geloven is doen. Gaan varen dus op die rivier en de oevers in de gaten blijven houden.

woensdag 6 november 2013

Eeuwig bewaren


Hoog-Amsterdam, 6 november 3013

Tijdens opgravingen in het Saksisch Waddengebied tussen het eiland Veluwe en de zandplaat Holten werd een waterdichte kluis met daarin zeer bijzondere documenten gevonden. Het betroffen archiefdossiers van origineel smartloos papier uit het einde van de 20ste eeuw. Volgens de archeologen Adonis Vanwyk en Chalida Simonissen zijn de documenten afkomstig uit de verzonken stad Deventer die ongeveer op die plaats moet hebben gelegen. 
Simonissen: "Uit bewaarde digitale bronnen kunnen we ons wel een beeld vormen over het dagelijks leven uit die stad, maar deze papieren documenten geven ons veel extra informatie."
"We zien bijvoorbeeld aantekeningen van balpen-inkt in de kantlijn, waarschijnlijk afkomstig van een ambtenaar uit die tijd. En er zijn zelfs vlekken op papier van een populaire drank uit die periode: koffie genaamd," aldus Vanwyk.
Binnenkort kunnen de documenten mentaal worden gedownload naar het hersennetwerk van zowel bio-mensen als humanoïden.

 


 
Archiefdocumenten worden geselecteerd in te bewaren en te vernietigen dossiers. Het kan lang duren voordat een document kan worden vernietigd: bij ons in het archief staan enkele dozen die pas weg mogen in 2058. Een leuk karweitje voor onze opvolgers.

Sommige dossiers worden permanent bewaard. "Eeuwig bewaren" zeggen we dan en eigenlijk moet ik daar altijd een beetje om lachen. Oorlogen, economische crises, natuurrampen, door de eeuwen heen blijft er niet zoveel bewaard. Misschien dat digitale bestanden langer mee zullen gaan, maar ook daarover hebben we eigenlijk maar weinig zekerheid.
 
 

Het bovenstaande nieuwsbericht uit de 31ste eeuw laat zien dat de vondst van papieren documenten over duizend jaar tamelijk uniek zal zijn. En het lijkt wel of onze verre nazaten meer geïnteresseerd zijn in penaantekeningen en koffievlekken. Want wat wij anno 2013 interessant vinden, daar halen generaties na ons misschien de neus voor op.

Net zoals wij mensen geen toren tot in de hemel kunnen bouwen, zijn we ook niet in staat om aardse dingen eeuwig te bewaren. Wat eeuwig dan precies is? In Twente hebben ze daar een prachtige uitdrukking voor. Als iemand overlijdt, is die 'uit de tijd gestapt'. Je stapt uit de tijd, de eeuwigheid in. Verlost van permanente bewaring.

 

maandag 28 oktober 2013

Bidden in de kroeg


Hij zette de tafels nog wat recht en deed toen het licht in het zaaltje uit. De cursus 'Levend geloven: een kennismaking met het christelijk geloof' was weer achter de rug. Hij doofde ook de lichten in de hal en verliet het kerkgebouw. De deur achter hem viel in het slot.


Snel naar huis. Ineens verstarde hij. Links naast de deur stond een meisje te roken. Birgit: zij nam ook deel aan de cursus.

Jammer dat Jantine, degene met wie hij deze cursus gaf, al naar huis was. Nu stond hij alleen, buiten de kerk, met háár.

 


Birgit. God leek extra Zijn best te hebben gedaan om deze dame te scheppen. Zelf accentueerde ze dat met korte rokjes, strakke truitjes of diepe decolletés. Tijdens de eerste cursusavond was zij daarom voor hem al een blikvanger, ook al wist hij dat dat niet netjes was. Maar ja, als je nog single bent... En hij wilde er niks van zeggen. Christenen hebben al zo'n tuttig imago.

Ze had bij de supermarkt een postertje over deze cursus gezien en was nieuwsgierig geworden. Toch  liet ze van meet af aan al blijken 'er geen sikkepit van te geloven'. Sterker nog: "Als God zou bestaan, is dat een ondraaglijke gedachte,"  zei ze.

Ze vond het christendom het resultaat van een seksaffaire tussen God en een Joods meisje. De meeste cursisten moesten er wel om gniffelen. Anderen grimasten wat.

"En die Salomo, die had duizend vrouwen, tegenwoordig zouden we zeggen: die vent is seksverslaafd," zei ze een andere keer. Bijbelkennis had ze wel. Ze had ook de Edda gelezen en de Griekse mythologie. "Maar als je dat allemaal gelooft, ben je niet erg wijs," vond ze.

 

Ze blies de rook uit en keek hem aan.

"Hoi," zei hij.

"Zullen we nog wat drinken, daar aan de overkant of zo." Ze wees naar een café.

Nu nog? Het is kwart over tien, morgen gaat mijn wekker weer vroeg af, dacht hij. Maar hij zei: "Dat is prima."

Even later zat hij tegenover haar aan een tafeltje. En pilsje voor hem. Ook zij bestelde bier.

"Wat vind je van de cursus tot nu toe?" vroeg hij.

"Best wel interessant," antwoordde ze en ze nam een teug bier. Haar blauwgrijze ogen keken hem strak aan. Hij voelde zich gewichtloos worden en snel speurde hij naar een andere vraag.

"Als God zou bestaan is dat een ondraaglijke gedachte, zei je. Zoiets zeg je niet zomaar." Hij had direct spijt van zijn opmerking, hij leek wel op een dominee.

"Er gebeurt te veel ellende in de wereld. Als je dan een God bent die hemel en aarde heeft gemaakt, dan laat je die wereld wel héél erg in de steek. Dan geloof ik liever helemaal niks."

God heeft de wereld niet in de steek gelaten, Hij stuurde Jezus. Dat zou de correcte reactie zijn, maar dat zei hij niet. Zijn blik volgde een golvende haarlok. Ze had oorbellen met het yin en yang teken.

"Mijn moeder is drie jaar geleden overleden." Ze zei het zonder emotie.

"Tjonge, ja dat is ..."

"Kanker."

"Ach, wat vreselijk Birgit."

"Vooral de laatste maanden waren verschrikkelijk. Ze was gelovig, maar ze werd niet beter. Daarom is het ondraaglijk dat God dat allemaal toelaat."

"Je hebt gewoon nog verdriet. Dat is het. Je worstelt daar ontzettend mee."

"Ach, het is alweer drie jaar geleden."

"Maar, dan kun je er nog wel verdriet van hebben?"

Ze beet op haar lip. Ze zag er breekbaar uit. Een hele andere Birgit dan tijdens die cursus.

"Zou je voor me willen bidden?" Ze vroeg het ineens. Hier, midden in de kroeg? Het zweet brak hem aan alle kanten uit. Ze bracht haar handen al in zijn richting. Je kunt wel honderden cursussen geven over het christendom, maar als je een gebed weigert..., schoot het door hem heen.

Hij hield haar handen vast, ze voelden koud aan, en boog zijn hoofd naar die van haar en begon zachtjes te praten.

Hij vroeg om troost voor haar en of Hij haar verdriet wilde omvormen tot een liefdevolle herinnering aan haar moeder. En hij bad nog veel meer en toen hij zijn ogen weer opendeed  glimlachte ze, hoewel haar wangen nat waren van tranen.

"Echt onwijs lief dat je dat voor me wilde doen," zei ze. "Dat voelt heel goed."

 

woensdag 23 oktober 2013

Puin en roest


Verzamel geen aardse schatten, want ze zullen aangevreten worden door roest en mot.

Ik moet daar aan denken tijdens een fietstocht door Commewijne, even buiten Paramaribo. We fietsen daar - in de bloedhitte van 35 graden - door plantagegebied. Eeuwenlang werden hier tropische gewassen verbouwd. Economisch rendabele ondernemingen zetten slaven aan het werk, dorpen werden gebouwd, fabrieken neergezet. Winsten gemaakt.

Uiteindelijk bleek er geen zegen op te rusten.

Toen 150 jaar geleden in Nederland de slavernij werd afgeschaft, verdwenen van lieverlee de spotgoedkope arbeidskrachten waar het complete raderwerk op draaide. Er kwamen Hindoestanen uit Brits Indië en Javaanse arbeiders uit 'ons' Indië voor in de plaats.
 
 

Nu, anderhalve eeuw later, is er van die plantagewereld vrijwel niets meer over. In Frederiksdorp zie je nog gerestaureerde plantagewoningen, voor de rest zijn het vooral de namen die herinneren aan het verleden: Rust en Lust, Dordrecht, Voorburg.

We krijgen een rondleiding door suikerplantage Mariënburg. De man, met Javaanse wortels, brengt ons op een plek die bezig is volledig te vergaan. Het oerwoud neemt  bezit van de suikerfabriek, bromelia's breken door het dak, wortels dreigen de fabrieksvloer te vernielen. Iets verderop moet ooit een hal gestaan hebben met stoomturbines. De hal is verdwenen, de machinerie compleet verroest. Werkspoor Amsterdam kan ik nog ergens op een ketel lezen.
Tussen het gras en de mierenkolonies ontwaar ik een spoorstaaf. Vogels nestelen zich in halfvergane stoomlocomotieven.

 

Niets is hier blijvend, niets is hier blijvend, galmt het door mijn herinnering. Op zondagavonden draaide mijn vader dikwijls deze plaat met mannenkoor en sonore solozang. Alles, hoe schoon ook, zal eenmaal vergaan.

In ons overgeorganiseerde Nederland misschien een vreemde gedachte, maar inderdaad, alles wat we als mensen gebouwd en gerealiseerd hebben kan ook uiteindelijk weer vergaan.

Met een vreemd gevoel verlaat ik plantage Mariënburg. Plantage 'Puin en Roest' zou tegenwoordig een betere naam zijn.

dinsdag 15 oktober 2013

Denkend aan Suriname


Wat zijn mijn indrukken van Suriname na drie weken vakantie? Moeilijk om dat in een paar zinnen samen te vatten.

Bijzonder is het wel om na negen uur vliegen in een hete en vochtige atmosfeer te landen en dan overal Nederlandse teksten te kunnen lezen en in het Nederlands te worden begroet. Je ziet talloze bijzondere planten en vogels, je krijgt met andere gewoonten te maken, en toch kun je ook gewoon een bruine boterham met kaas krijgen. Of pindakaas. Hagelslag.
 
 

In Fort Zeelandia te Paramaribo waan je je in een Hollands stadje op de heetste zomerdag van het jaar. Rijdend door de polders bij Nieuw Nickerie, denk je aan Flevoland. Alleen wordt er hier rijst verbouwd. Er zijn landerijen met slootjes waar mensen op hun vrije zondag zitten te vissen.

De namen die je tegenkomt: Wageningen, Groningen, Domburg, Nieuw Amsterdam... Toch kreeg ik steeds meer een ongemakkelijk gevoel. De Hollanders heersten hier. Legden plantages aan, lieten er slaven werken, geroofd uit Afrika. Forten verrezen, dorpen werden gesticht.
 
 

Je krijgt respect voor de mensen die uit de plantages vluchtten. Marrons worden ze genoemd. Afgelopen donderdag was het Marron-dag, waar speciaal bij deze bevolkingsgroep werd stilgestaan. Ze gingen het oerwoud in en volgden de rivieren tot voorbij de stroomversnellingen. Nog altijd zijn dat barrières. De bootsmannen op de korjalen kennen de rivier uit hun hoofd. Ze weten waar de rotsen onder water zijn en waar je de gemakkelijkste stroomversnellingen kunt vinden.
 
 

Het tropisch regenwoud is machtig. Noem het geen jungle, dat is te Disney-achtig. Het is oerwoud. Je wordt opgenomen in duizend tinten groen, maar je moet er op je hoede zijn. Slangen, steekvliegen, wees voorbereid. Er zijn gemene planten met weerhaken en verschrikkelijke doorns. De gidsen waarschuwden ons. Je leert er goed kijken en luisteren. Cicaden verlammen de stilte met hun hoge monotone zoemgeluid. En alarmerend vogelgeluid? Het is de bospolitie. Colonnes parasolmieren, sjouwend met stukjes blad, marcheren volgens een strakke planning door het bos.

Het woud weert de zon en geeft koelte. En als het regent, dan stort het. Maar dat jaagt de insecten dan wel weer weg.


Eerste indrukken van Suriname? Ik laat me inspireren door de dichter Marsman. Denkend aan Suriname zie ik brede rivieren door oneindig bosland gaan.

vrijdag 20 september 2013

Wandelen met God op Venus


De planeet Venus is geen hete hel, maar een immense oceaan met vaste en drijvende eilanden waar talloze vruchtbomen groeien. De zon is er niet te zien, want het oppervlak wordt omgeven door een dik wolkendek. Toch is het er overdag licht: een gouden gloed belicht deze ongerepte wereld.
Er wonen slechts twee mensen, een man en een vrouw. Ze leven in harmonie met de natuur en wandelen met Maleldil, die wij aardbewoners God noemen.



Het boek Perelandra van C.S. Lewis (onderdeel van een trilogie) boeit vooral omdat het zo beeldend en zintuiglijk is geschreven. Je voelt het deinen van de zee en het drijfland en je ruikt de vele vruchten. Er wordt een prachtige beschrijving van een buitenaards ecosysteem gegeven.

Hoofdpersonage Ransom wordt naar Venus gestuurd om het kwaad in de vorm van Weston te weren in deze jonge wereld.
God had gezegd: op alle drijflanden mag je wonen, maar het is niet toegestaan je te vestigen op de Vaste Landen.

Lewis demonstreert hoe het Kwaad te werk gaat. Sympathiek en sluw probeert het Onmens de liefde van God te relativeren door te beweren dat Hij geen ontwikkeling en zelfstandigheid wenst van de twee mensen. Het verdraaien van de waarheid in eindeloze redenaties.
Ransom raakt er zelf door ontmoedigd en vraagt zich op een gegeven moment af of God in deze verre wereld wel aanwezig is. Kan een nieuwe zondeval worden voorkomen?

Een intrigerende analyse van het kwaad in een onschuldige wereld.

vrijdag 13 september 2013

Hoe ver is de heide


Vanuit ons huis ben je binnen een half uurtje lopen in een groot heidegebied, waar we onlangs nog een vallei ontdekten die we eigenlijk nog niet eerder hadden gezien.


In mijn kindertijd zag ik de bloeiende heide hooguit een keer per jaar. Toen we als trouwe gezinsabonnementhouders een dagje vrij mochten reizen per trein, was het doel van de reis snel bepaald: wij wilden de hei zien.
 
 

De intercity naar Amersfoort en daar overstappen op de boemel richting Zwolle.
Nabij 't Harde zagen we wel zoveel hei vanuit het coupéraam dat we besloten uit te stappen.
We kwamen niet ver. Grote hekken versperden de statige laan door het bos. Er stond een bord van het Ministerie van Defensie: Schietterrein Levensgevaarlijk! Een ander paadje richting heideveld mocht niet baten: prikkeldraad en mijngevaar.

"Ommen is mooi," zei mijn moeder. "Laten we daar naar toe gaan. Ik kwam er als kind en daar zijn uitgestrekte heidevelden."
De trein weer in en op station Zwolle overstappen naar een volgend lokaalspoor. Knarsend stopten we op station Ommen. Het zonnetje scheen uitbundig, aan het weer zou het niet liggen.
Na een tijd langs een drukke provinciale weg te hebben gelopen, door bos en maïsveld, klampten we toch maar eens een authentieke Ommense aan en vroegen haar hoe ver de heide nog was.
"Heide?" vroeg ze. "Dan zou je naar de Lemelerberg moeten, maar da's nog een eind lopen."
 

Teleurgesteld namen we de volgende trein. Nog dieper Oost Nederland in.
Mariënberg klonk erg lieflijk, daar zouden vast wel dieppaarse heidevelden zijn met witgewolde schaapskudden.
Schapen zagen we inderdaad, ze liepen in een diepgroen weilandje. Er was een rood bakstenen kerkje waar met zwarte letters DE Gereformeerde Kerk op de gevel stond.
"Dat zijn zeker de Vrijgemaakten, die vinden dat zij DE gereformeerde kerk zijn," zei mijn moeder.
"Het kunnen ook de Nederlands Gereformeerden zijn, die denken ook dat zij DE gereformeerden zijn," veronderstelde mijn vader.

Heideloos stapten we opnieuw een stoptrein in. Het eindpunt zou Emmen zijn, maar ja, vlak naast dat station zou ook wel geen heide groeien en bovendien werd het al laat. Dus stapten we te Gramsbergen uit om de trein terug te nemen, uiteindelijk richting huis.
Er is nog een foto van mij. Ik zit op een bankje van het stationnetje van Gramsbergen en kijk chagrijnig en vol 'gram' in de lens.

Een bloeiend heideveld zat er die dag niet in.
Zelfs geen heidestruikje.

 

 

dinsdag 3 september 2013

Waarom ga je naar de kerk?


Een tijdje geleden kon je via het internet meedoen aan de verkiezing van de 'mooiste gesloopte kerk van Nederland.' Iedereen kent wel kerken die gezichtsbepalend waren in zijn of haar buurt. Kerken die herinneringen oproepen.
De winnaar van deze 'verkiezing' was trouwens de Koninginnekerk te Rotterdam. Dit was de kerk waar mijn moeder in haar jeugd regelmatig kwam. Aan het begin van de jaren '70 ten prooi gevallen aan stadsvernieuwing.

Het is jammer dat kerken verdwijnen, maar ja: voortschrijdende secularisatie. Als kerkgebouw heb je mazzel als je een nieuwe bestemming krijgt als appartementencomplex, restaurant, winkel of concertzaal. Anders rest er niets anders dan de slopershamer.

Sommigen geloven nog wel, maar zijn uitgekeken op de kerk. Te veel een instituut, te weinig meegegroeid met de tijd. Anderen bezoeken de kerk alleen nog tijdens de vakantie. Zo'n romantisch kerkje in een Frans dorpje.
 
 

Tot voor kort probeerde men jongeren de 'kerk in te krijgen' door de diensten zo hip mogelijk te maken. Dominee in jeans, geen orgel maar een deejay. Hielp allemaal niet echt. Want dat zijn allemaal uiterlijkheden en jongeren zoeken naar inhoud en echtheid. 'Het moet om Jezus draaien', zegt de kerk. Dat kan best confronterend zijn. Stel, Jezus bezoekt jouw stad. Ik denk dat de kerk niet eens bovenaan Zijn lijstje zou staan. Hij gaat naar de kroeg om de hoek, het winkelcentrum, de voedselbank, het station of de kantorenwijk.  

Het komende seizoen gaat het bij mij in de kerk over de vraag waarom ga je naar de kerk? Net zo'n vraag als waarom ben je getrouwd? of waarom ga je naar je werk? Een vraag die naar de kern reikt.

Laten we hopen dat de kerk als star instituut daadwerkelijk de mooiste gesloopte kerk van Nederland gaat worden. Laat de kerk weer een netwerk worden van mensen die echt iets te vertellen hebben.

 

dinsdag 27 augustus 2013

Het gaat vandaag over...seks


Lacherige leerlingen van Mavo 2 op weg naar het klaslokaal. De meisjes moeten naar een andere ruimte en half opgewonden lopen wij, jongens, een dame en een jongensachtige man achterna. De hele week hangt er al een broeierige sfeer in de klas. Dat komt door het toneelstuk Liefde & van Dattum dat we enkele dagen eerder hadden gezien. Dit stuk, opgevoerd door Jeugdtheater Wiedus, ging eigenlijk alleen over van dattum: Paul en Paula hebben wel zin in elkaar. Maar, let op en kijk uit voor zwangerschap en geslachtsziektes. Openhartige dialogen en goed in het gehoor liggende muziek.
Het gaat vandaag over zoiets geks, het gaat vandaag over...seks!


We gaan in een halve kring zitten en de mevrouw en meneer van de Rutgersstichting winden er geen doekjes om.
"Wie heeft er wel eens getongzoend met een meisje?"
Aarzelend enkele vingers.
"En met een jongen? Kan toch ook?" vraagt de man.
Iedereen houdt zijn vingers krampachtig omlaag.

 
Er komen plastic modellen tevoorschijn: penis en vagina. Wij leren dat de schaamlippen, maar vooral een klein orgaantje, clitoris genaamd, de gevoeligste plekjes van  de vrouw zijn.
"Wij mannen zijn net aanstekers, even wrijven en vlam!" zegt de Rutgers-man als 'de daad' ter sprake komt.
"Meisjes zijn kacheltjes, die moeten een beetje opwarmen, maar daarna vinden ze het  zalig," vult de vrouw aan.

 
Dan opent de dame een grote tas waar ze van alles uit zal vissen. Allereerst een aantal condooms. Want hoe fijn vrijen ook lijkt, het mag nooit zonder bescherming.
"Je moet de knuffelpartij wel even onderbreken als je het condoom om doet," onderwijst ze. "En dan ben je er nog niet." Ze haalt een tube tevoorschijn.
"Zaaddodende pasta," ligt de man toe. "Dit moet je op het condoom aanbrengen."
"En als je nou een kind wil?" vraagt een jongen. Hij wordt vernietigend aangekeken door onze twee voorlichtingsdocenten.
"Er zijn ook zaaddodende middelen in de vorm van schuimtabletten," gaat zij verder.
"Wil je helemaal op save spelen, moet de vrouw er nog een pessarium er bij nemen, maar dat vergt enige oefening om in te brengen."
Wij jongens kijken elkaar eens bedenkelijk aan.
"Als zij de pil slikt, hoeft dat gedoe toch allemaal niet?" informeert iemand.
"Neeeej," reageert de vrouw als door een wesp gestoken. En ze begint een hele verhandeling over herpes, gonorroe, genitale wratten, druipers. (Aids is op dat moment nog niet doorgedrongen in de media).

 
Na de les druipen we snel af. Het leek allemaal erg opwindend, maar ik voel me totaal ontgoocheld. Later vraag ik me af hoe dat toch komt. En ineens schiet me een woord te binnen dat ik de afgelopen week jammerlijk miste.
Een heel simpel woordje eigenlijk.
Liefde...

dinsdag 20 augustus 2013

Geen reisjournalist


In het vakantienummer van HP/De Tijd stond het volgende artikel: geloof nooit een reisjournalist. Reisbijlagen van kranten en reisglossy's bevatten dikwijls hallelujaverhalen over  vakantiebestemmingen. Altijd is het er paradijselijk mooi en de plaatselijke bevolking authentiek. De meeste journalisten schrijven dat omdat hun persreizen worden gesponsord door reisorganisaties.

Ik ben geen reisjournalist, dus ik kan zonder schroom schrijven dat het paradijs op aarde niet bestaat en dat de plaatselijke bevolking die je ontmoet, commercieel  al helemaal is ingesteld op jouw komst. Sommige bejubelde reisbestemmingen vallen tegen, maar soms ontmoet je ook positieve verrassingen.

 

Tegenvaller: Chiang Mai, Thailand (2006)

 
Reisorganisaties zijn lyrisch over Chiang Mai. De tempelstad in het noordelijke bergland van Thailand wordt wel de Roos van het Noorden genoemd. Toegegeven: de stad is niet zo heet en hectisch als Bangkok en er zijn vele Boeddhistische tempels te bewonderen die je er uit moet pikken als prachtige krenten in een oerlelijke betonpap. Want dat is Chiang Mai: een Benidorm zonder zee. Talloze hotelkolossen ontsieren de plaats en dragen bij aan een ongekende toeristenindustrie.

Voetbal in Thais bergdorpje
 

Vanuit Chiang Mai worden er meerdaagse jungletochten georganiseerd, deels op een olifant. Ach, laat je toch niks wijs maken. Er is een klein circuit aangelegd waar je met je olifant langsrijdt. Een olifant die wordt mishandeld, want anders zou de dikhuid nooit mensen op zijn rug nemen. Voor de rest loop je door de bloedhete jungle met honderden andere toeristen. Af en toe zul je worden ingehaald door de lokale bevolking die op brommers naar hun bergdorpjes scheuren.

Wel opvallend: de meeste bergbewoners daar zijn christen. Eerst geloofde ik mijn oren niet toen ik Opwekkingsliederen uit de houten huisjes hoorde opstijgen. Niks geen Boeddha.

 

Meevaller: Moskou (2009)

 
De Russische hoofdstad wordt vaak afgeschilderd als onleefbaar en megalomaan.

Ik was er vier jaar geleden en vond de stad juist eindeloos boeiend. Moskou is veel meer dan het Rode Plein en het Kremlin. Het Manegeplein bruist van leven, de Arbat is een eindeloze winkelstraat. Overal staan weelderige gebouwen en kerken. Sommige metrostations zijn ware ondergrondse paleizen en zelfs een supermarkt heeft zich in een kathedraalachtig gebouw gevestigd.
 
 

Oké, het Gorkipark lijkt wel één grote kermis met stampende techno dat vooral Moskouse jongeren trekt, maar je dacht toch niet dat de Russische jeugd zich nog vermaakte met de balalaika. En wie iets klassieks wil: je kunt overal concerten beluisteren en balletvoorstellingen bijwonen.

Er is niets mis met Sint Petersburg, maar Moskou is al Russisch genoeg.

dinsdag 13 augustus 2013

Schitterende wreedheid


Een fruitvliegjesplaag in onze keuken. Het warme weer van de afgelopen weken heeft de kleine 'onweersvliegjes', zoals mijn moeder ze vroeger noemde, razendsnel doen vermeerderen.
Op een ochtend had zich in een hoekje van de keuken een spin gevestigd. Een enorm web in één nacht geweven. De slimme achtpotige wilde kennelijk wat verdienen aan de 'situatie' in de keuken en voor even was hij (of zij) mijn vriend(in). Want de spin kon voor mij de vliegjes vangen.
Helaas, na een halve dag was er nog geen resultaat, dus joeg ik het beest de keuken uit. Een lokdoosje dat een beetje werkt als een vleesetende plant bestrijdt nu de drosophila, zoals het fruitvliegje officieel heet.

 

De natuur is schitterend, maar ook wreed. Soms wil een predikant tijdens een zomerse zondagmorgen een ietwat luchtige preek houden over Gods Schepping, over hoe mooi Hij het allemaal heeft geconstrueerd. Maar, laten we eerlijk zijn: in de natuur heerst het principe survival of the fittest. Op de savanne kiest het roofdier het zwakste dier uit de kudde als prooi. Of een dier wordt net zolang opgejaagd en getreiterd dat het uitgeput raakt en dan komen de rovers...
Slangen vergiftigen of wurgen hun slachtoffers. Pasgelegde eieren met jong leven worden weer geplunderd. Sprinkhanen ontdoen het land van al het groen. Spinnen vangen, verlammen en zuigen uit. Het mooie vlindertje wordt uit het leven weggerukt door de lange kleverige tong van een kameleon. Vleesetende planten sturen insecten een wisse verteringsdood te gemoed.

"Ook bergen zijn helemaal niet mooi," hoorde ik eens iemand vertellen. "Bergen zijn het resultaat van de botsing tussen twee continenten. Zwitserland is één grote kreukelzone!"
 
Zo'n pessimistische kijk hoeft nou ook weer niet, maar duidelijk is wel dat de natuur onderworpen is aan de zondeval en de gebrokenheid. Heel de schepping zucht. Ooit zal het anders zijn: dan ligt de leeuw vredig te luieren naast het lammetje. Zijn leeuwen dan planteneters geworden? Worden spinnen werkeloos? Het zal onvoorstelbaar anders zijn. Misschien plukken we dan weer talloze soorten fruit van de bomen. Misschien is er zoveel fruit, dat we blij mogen zijn dat er tenminste fruitvliegjes in de lucht ronddansen.