Totaal aantal pageviews

vrijdag 25 maart 2011

Onvervuld verlangen

Ik heb regelmatig last van “kind-dromen”. Dan blijken Nicolien en ik ineens toch een baby te hebben. Het is altijd volstrekt onnavolgbaar waar het kleintje vandaan komt. Zwangerschap is er nooit aan voorafgegaan.
Vroeger, toen ik nog single was, droomde ik regelmatig dat ik een vriendin had. Die wens is in vervulling gegaan – ik ben inmiddels getrouwd – maar het hebben van kinderen zal wel altijd een onvervuld verlangen blijven. Een rouwen om iets dat er nooit is geweest.
Ook in Bijbelse tijden was het krijgen van kinderen niet vanzelfsprekend. Sara lachte schamper toen zij op hoge leeftijd te horen kreeg dat ze nog zwanger zou raken. Simson en Samuël: ze kwamen er niet zomaar. En natuurlijk is ook de geboorte van Jezus verre van gebruikelijk te noemen.
Zwangerschap gaat lang niet altijd over rozen. Martine, de zus van Nicolien, heeft twee dochtertjes, maar ze heeft ook ervaring met een miskraam en een doodgeboren kindje. Stefanie, de beste vriendin van Nicolien, heeft in totaal vier baby’s op de wereld gezet, waarvan er een al na een dag stierf. De wand tussen vreugde en pijn is soms akelig dun.

Gelukkig passen we regelmatig op Liesbeth en Willemijn, de kinderen van Thijs en Martine en we maken soms leuke uitstapjes met Kirsten, Bram en Coen, de kids van Hans en Stefanie uit Amstelveen. Dieren zijn een dankbare attractie. Of het nu een vervaarlijke Schotse hooglander is uit het Amsterdamse Bos, of een pauw die met zijn veren staat te pronken in het vogelparkje bij ons in de stad. 

zaterdag 19 maart 2011

Uitnodiging tot lezen

In Amerika is het al een bestseller en ook in christelijk Nederland is er sprake van een hot item. Dus kon ik niet achterblijven en las ik de pageturner De Uitnodiging van Paul Young. Tijdloze vragen worden gesteld. Waar was God toen Missy, het dochtertje van de hoofdpersoon van het verhaal, Mack, werd ontvoerd en vermoord? Waarom zoveel pijn en ellende in een wereld die God ogenschijnlijk in Zijn handen houdt?
Mack krijgt enkele jaren na de moord een uitnodiging van God zelf om naar de plaats delict te komen, een verlaten hut in de wildernis. Hij stapt een bovenwerkelijke wereld binnen en ontmoet God hoogstpersoonlijk. God bestaat uit drie joviale personen die er een Bourgondische levensstijl op na houden. God de Vader manifesteert zich zelfs als een zwarte vrouw. Als je een strak omlijnd Godsbeeld hebt, moet je even door de cultuurshock heen, maar dan laat Young God zien zoals we die ons waarschijnlijk nog nooit hebben voorgesteld.

Toch beleeft Mack geen snoepreisje in een verheerlijkt landschap die mij een glimpje toonde van een mogelijk hiernamaals. Want hij worstelt met het Grote Verdriet en zit vol vragen en wraakgevoelens. Je zou kunnen zeggen dat hij een innerlijke genezing meemaakt waarin alles uiteindelijk draait om de relatie met God: zowel met de Vader, als met Jezus en de Heilige Geest.
Het boek gaf mij in ieder geval veel stof tot nadenken. En de laatste hoofdstukken zijn bijzonder verrassend. Enfin, je moet het boek zelf maar lezen.

maandag 14 maart 2011

Amsterdams porselein

Al sinds mijn kindertijd eet en drink ik uit de gracht. Mijn ouders schonken koffie uit de Westertoren. De zwarte pentekeningen van grachtenhuisjes op kopjes en borden fascineerden mij al vroeg. Eerst dacht ik dat Delft, mijn geboortestad, werd afgebeeld op het witte aardewerk. Mijn moeder vertelde me dat het Amsterdam was: een soort Delft, maar dan in het groot.
Ooit kon je een compleet Amsterdam-servies of Gouden Eeuw servies bij elkaar sparen en dat blijkt nog altijd populair te zijn. Toen ik zelfstandig ging wonen stond er een doos met ‘Amsterdams porselein’, zoals ik het gekscherend noemde, op zolder en mocht ik dat meenemen. Dus drink ik nog iedere keer koffie uit de Brouwersgracht, eet ik soep uit de Prins Hendrikkade en is het Prinseneiland een eierdopje.

Ook Nicolien is gecharmeerd van het nostalgische aardewerk. Toen zij destijds in Amsterdam ging studeren was ze meteen verrukt van de stad. In haar omgeving werden wel wat wenkbrauwen gefronst. Ging dat wel goed, een degelijk gereformeerd meisje uit Veluwse contreien naar het ‘zondige’ Amsterdam. Ja, dat ging goed. “Ik vind nergens zoveel oprecht geloof, dan juist in Amsterdam,” verklaarde ze al spoedig.
Ik leg mijn oor tegen de koffiepot, doe mijn ogen dicht en hoor het carillon van de Westertoren wijsjes spelen…

donderdag 3 maart 2011

Onvermoeibaar sneeuwklokje

Generaties gaan, generaties komen, maar de aarde blijft altijd bestaan.
De zon komt op, de zon gaat onder, en altijd snelt ze naar de plaats waar ze weer op zal gaan.

Aldus het Bijbelboek Prediker.
De winter is weer voorbij en – zoals bij alle verdwijnende winters – de sneeuwklokjes bloeien weer. Elk jaar hetzelfde zou je zeggen, toch vind ik het niet ‘onuitsprekelijk vermoeiend’. Het sneeuwklokje is onvermoeibaar en verveelt nooit. De ragfijne witte bloempjes trotseren winterse neerslag en ijzige gevoelstemperaturen. Revoluties komen, regimes gaan, het sneeuwklokje maakt tijdens elke prille lente weer haar opwachting.

En over duizend jaar, als de sneeuw smelt tussen de immense ruïnes van de reeds lang vervlogen menselijke beschaving, zal het sneeuwklokje nog altijd onvermoeibaar blijven bloeien.
Dat is natuurlijk wel een erg cynisch toekomstperspectief. Maar het leven is in wezen ook volkomen zinloos als je buiten God rekent. Eigenlijk is dat de rode draad van Prediker. IJdelheid der ijdelheden. Lucht en leegte.
Het wordt weer lente. Het is niks nieuws onder de zon. Maar de sneeuwklokjes ontluiken. Een teken dat God de seizoenen in Zijn hand houdt?