Winterse
omstandigheden
-Nou,
Koning Winter regeert, hoor.
-Het
is ook wel weer mooi, zo'n witte wereld.
-Zijn
de rayonhoofden al bij elkaar geweest?
Zomerse
omstandigheden
-
Het kwik heeft vleugeltjes gekregen.
-
Het is hier in Nederland meteen zo benauwd.
-
De mussen vallen dood van het dak!
Regen
-Nou
ja, wat nu valt, valt straks niet.
-Tussen
de regendruppels is het droog.
-Ach,
je bent toch niet van suiker. Je smelt er niet van.
-De
meeste regen valt naast je.
Winderig weer, storm
-Ben
je nog niet weggewaaid?
-Kan
iemand daarboven die deur eens dicht doen, het tocht.
Onweer
-Voor
de donder hoef je niet bang te zijn. De bliksem is gevaarlijk.
-Het
lijkt wel of ze buiten foto's maken.
Mist
-Heb
je de weg hier naar toe een beetje kunnen vinden?
-Het
is een kleine wereld buiten.
Het
is moeilijk om op een originele manier over het weer te praten. Je kunt het wel
hebben over hoe het er uit zou zien wanneer de sneeuw roze is en dat het je
opvalt dat de donder zelden ritmisch klinkt, maar al snel zijn je zelfbedachte
opmerkingen uitgeput.
"Waarom
valt de regen niet omhoog?" verzucht Huub van der Lubbe in zijn album
Simpel Verlangen. Dat is pas een originele opmerking. Maar, als je hem te vaak
gebruikt, wordt het ook weer een weercliché.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten