Laatst
werd er een artikel in De Nieuwe Koers aan gewijd, naar aanleiding van het boek
van de Amerikaan David Murrow: Why men
hate going to church. De kerk zou vervrouwelijken evenals de liedkeuze. En
in de EO/Visie van de afgelopen week schreef Tijs van den Brink er een column
over. Hij had er al nooit zoveel mee, met Opwekking, maar nu was het ook
verklaarbaar: hij is een man.
Ik had dat
verband nooit eerder gelegd. Wel valt op dat Opwekking vaak een beroep doet op persoonlijke
emotie. Ik juich voor u. Uw liefde
stroomt als een brede rivier. Ik schuil bij u. Ik fluister uw naam. Enige
zoetigheid is Opwekking niet vreemd. Maar is dat typisch vrouwelijk? Ik ken
genoeg vrouwen die ook niet zo gecharmeerd zijn van al teveel focus op het
gevoel bij geloven. En de kerk te vrouwelijk? Mag het eens, na eeuwen van
patriarchie. Na het tijdperk van kruistochten en heksenverbrandingen.
Wie de
liedbundel van Opwekking wat beter doorbladert, moet toch toegeven dat er
genoeg andere liederen in staan. Ik ontdekte behoorlijk wat songs die je als
'mannelijk' zou kunnen beschouwen. Wat dacht je van nummer 277 (Machtig God,
Sterke Rots) of 193 (Toon ons uw macht, o God) met de tekst De strijdwagens van God zijn tweemaal
tienduizend, en duizenden maal duizenden. Of zo'n zin niet mannelijk is.
Of 704: O
Kerk, sta op, met wapenrusting aan; stel
je op als Christus leger. Wie nu het idee krijgt weer in de
kruisvaardertijd te zijn beland, kan ik gerust stellen, want verderop staat er:
De oorlog woedt niet tegen bloed en
vlees maar tegen duist're machten.
Hanteer het zwaard dat elke wond
geneest.Zelf vind ik 404 (Wij gaan op weg met brandend hart) een bijzonder mooi en krachtig lied. Geen idee of dat nou typisch mannelijk of vrouwelijk is.
Het
refrein gaat als volgt:
Laat de vlam weer branden,
als een helder baken;als heraut van 't morgenuur.
Laat het lied weer sprank'len,
laat de liefde branden,
als een vuur, als een vuur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten