Er zijn kinderbijbels die Job gewoon overslaan, een andere bijbel die ik las noemt de satan niet, maar heeft het alleen over de rampspoed die de rijke man uit het land Uz treft. De 'Bijbel voor jou' waar de bovenste zin van afkomstig is, probeert wat dat betreft zo Bijbelgetrouw mogelijk te zijn.
Maar het blijft toch wel lastig: Job voor kinderen. Om de eenvoudige reden dat wij volwassenen worstelen met dit Bijbelboek. De verhalen uit het Oude Testament bieden echter heel veel stof voor een gesprek met kinderen: over wie God is en hoe je met allerlei dingen om moet gaan.
Job houdt van God. Geen kunst: God heeft hem rijk gemaakt. Wat nu als hem dat alles wordt ontnomen en hij ook nog ziek wordt. Het leert kinderen dat God dan nog alles in de hand houdt omdat Hij alles heeft gemaakt en voor alles zorgt. En dat ziekte niet Gods straf is voor de slechte dingen die je hebt gedaan.
Goed dat er veel meer 'lastige Bijbelverhalen' in de kinderbijbel staan. De gouden ark, bijvoorbeeld, die David weer terug laat brengen naar Jeruzalem (2 Samuel 6, 7). De ossenwagen waar de ark op staat glijdt weg in de modder, Uzza ziet dat de ark gaat schuiven, houdt hem tegen en valt dood op de grond. Het feest is opeens afgelopen. David is erg verdrietig en komt tot bezinning. Want er is te lang gesold met Gods Ark van het Verbond en de ark mocht alleen worden gedragen door priesters zoals de wet van Mozes voorschrijft. David is veel te veel zijn eigen weg gegaan.
Natuurlijk: kinderbijbels zijn slechts vereenvoudigde weergaven van Gods woord, maar ook als volwassene kun je er nog veel van leren!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten