Voor
Liesbeth en Willemijn, de twee dochters van Nicoliens zus Martine is het
herfstbos één grote speeltuin. Je kunt lekker sloffen door massa's bladeren en
er is van alles te vinden: eikels, kastanjes, beukennootjes... En overal
verschijnen als bij toverslag paddenstoelen. De tijd is voorbij dat ze er van
uitgingen kabouters te zien onder de hoeden van de zwammen, maar paddenstoelen
blijven geheimzinnig.
"Zijn
het een soort planten, mam?" vraagt Willemijn.
"Nee,
eigenlijk niet. Een soort schimmels," antwoordt Martine.
"Hoe
planten ze zich dan voort?" wil Liesbeth weten.
"Door
middel van sporen, wolken microscopisch kleine zaadjes." Vader Tijs krabt
zich achter zijn oren. Hoe was het ook al weer precies? "Gaan we
opzoeken", belooft hij.
Sommige
gemutste bosbewonertjes gebruiken de paddenstoel, met name de vliegenzwam, ook
als stoel. Maar, we kennen allemaal
het verhaal van de beroemde kabouter Spillebeen die heen en weer zat te wippen
waardoor de paddenstoel "Krak" zei.
Enig
speurwerk op internet leverde een verbluffend resultaat op. Het hele
paddenstoelen - kaboutersprookje is naar alle waarschijnlijkheid te herleiden
naar een Nederlandstalig prentenboekje uit 1910, geschreven door een zekere
Tante Lize. Ik heb "Onder het zwammenvolkje" virtueel doorgebladerd en het is erg leuk.
Links een rijmpje, rechts het plaatje. Zo lees je over Koning Champignon,
Juffrouw Inktzwam en de boze stinkzwamheks. Op een grappige manier worden zo
een aantal paddenstoelen behandeld. De kinderwereld was beslist niet saai in
1910.
"In
de Efteling heb je echt kabouters die in paddenstoelen wonen," roept
ineens Willemijn.
"Ja,
en je hebt vliegenzwammen waar muziek uit komt," zegt Liesbeth. "We
zouden er eigenlijk weer eens naar toe moeten."
"Asjeblieft,"
zucht Martine. "Daar zijn we twee jaar geleden nog geweest. Kijk hier
eens. Het herfstbos is de grootste speeltuin van de wereld."
De meisjes
stuiven weer het bos in. Misschien zijn er toch nog kabouters te vinden...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten