Totaal aantal pageviews

zaterdag 22 september 2012

De katten van Anatolie


Vier havo leert Turken kennen, kopte het dagblad Trouw in het najaar van 1985. Het betrof een openingsartikel van een hele reeks reportages over het project 'Turken in Nederland' dat door het Christelijk Lyceum Delft werd georganiseerd.

Ik zat op dat moment in havo vier.

Een unieke tijd brak aan: tijdens de lessen godsdienst ging het over de islam, bij economie  en geschiedenis werd er ruim aandacht geschonken aan Turkije. We bezochten een moskee, wandelden door de Haagse Schilderswijk en woonden een Turkse bruiloft bij. In het voorjaar van 1986 mochten we zelfs op schoolreis naar Turkije...
Blauwe Moskee, Istanbul


Ik was slechts een etmaal in Parijs geweest, had misschien met een been in België gestaan en nu kwam ik plotsklaps in een totaal andere wereld in een ver land, want Turkije in de jaren '80, dat was nog voor het massatoerisme en de all inclusive vakantieparadijzen. In Istanbul mochten we nog toerist zijn, in Izmir werden we ondergebracht bij gastgezinnen van leerlingen van een lisesi, een middelbare school.

Erg nieuwsgierig was ik dan ook hoe het land er zesentwintig jaar na dato uit zou zien. Opnieuw in Istanbul, maar vandaag de dag vertrek je vanaf de luchthaven per metro en er wurmt zich een hypermoderne tram door de smalle Osmaanse straatjes. Gelukkig, de skyline van minaretten is er nog als vanouds, maar in de buitenwijken bouwen ze het ene futuristische bouwwerk na het andere. Europa is allang niet meer de inspiratiebron, wel Dubai of Shanghai. Het gaat de Turken economisch voor de wind, het is booming business aan de Bosporus. Dat is te merken aan de koers van de lira. In de jaren '80 nog een soort monopolygeld, nu evenveel waard als de gulden destijds. De wegen die het landschap doorsnijden zijn voorzien van gladde lagen asfalt en ernaast verrijzen mega wegrestaurants en shoppingmalls.
 
                                          Zuidkust bij Kas

Wat is er nog over van het Turkije uit mijn herinnering? Het schijnt dat je brein niets kan vergeten, maar al je indrukken, gedachten en waarnemingen heel diep weg kan stoppen. Een voor een werden die herinneringen uit de schemerige achterkamertjes van mijn geheugen weer opgediept en afgestoft. De handkarren in de straten van Istanbul. Galmende oosterse muziek uit café's en restaurants met backgammon-spelende mannen daarvoor op de stoep. Zilverkleurige schalen met glaasjes thee. Dorpjes van witte huisjes met rode daken en daaromheen kleine flatgebouwtjes in pasteltinten. In het midden altijd een koepelmoskee met minaret. Net een potlood, voorzien van een versgeslepen punt die in de blauwe hemel prikt.

En dan openbaart zich aan mij een herinnering die ik totaal kwijt was geraakt: de katten! Overal lopen ze: sluipend, schrijdend, rennend. Ze zijn vooral op de terrassen van restaurants te vinden, loerend naar wat lekkers. Visrestaurants zijn drukbezochte kattenattracties. Je ziet ze in de bomen en op de luifels van winkels. Op auto's of in droge fonteinen. Ik zag dat er één zich had genesteld in een aardewerken schaal bij een souvenirshop. Soms liggen ze te soezen in de smoorhete zon. Eén poes dronk water uit het zwembad. Ze worden nauwelijks weggejaagd alsof het de heilige koeien van India zijn.

De katten van Anatolië bevolken de ruïnes van antieke steden als Troje, Efese of Afrodisias. Ze wandelen door de zuilengalerijen van de agora's, door resten van raadszalen, tempels en paleizen.

Grappig dat de poes mijn herinnering aan Turkije weer compleet heeft gemaakt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten