Gemeente,
het is vandaag Pasen. Een sprakeloos feest. Dus ga ik er vanochtend een beetje
om heen draaien en er eigenlijk niets van zeggen.
Aldus
een predikant jaren geleden. Het was de kortste preek die ik ooit heb gehoord.
Pasen is ook om sprakeloos van te worden, maar ja, om er dan helemaal niets van
te zeggen?
Misschien
toch beter dan eindeloze verhandelingen over wat het nu geweest kan zijn, die
verschijningen van Jezus. Een geest? Waren het hele tastbare liefdevolle
herinneringen aan een bijzonder figuur? Een lichamelijke opstanding is voor
velen een brug te ver.
Maar
in de Bijbel staan nu juist verhalen waarin Jezus’ optreden toch behoorlijk
lichamelijk wordt beschreven. In Lucas 24 wandelt Jezus mee met twee leerlingen
die op weg gaan naar het dorp Emmaüs. Door verdriet overmand zien ze niet dat
de man die meeloopt Jezus is. Pas als Hij met ze eet en het brood breekt,
herkennen ze Hem.
Later
verschijnt Hij aan de rest van de leerlingen en eet voor hun ogen een vis op.
(Lucas 24: 43). Jezus verschijnt wel in kamers met gesloten deuren, maar
geesten eten geen vis. Hier is meer aan de hand: Jezus is de dood de baas, maar
is ook niet meer dezelfde als voorheen. De Opstanding is geen terugval naar het
gewone leven, maar een stap naar een volmaakt leven en wij allemaal mogen met
Hem mee gaan.
Als
er geen Opstanding zou zijn geweest, was Jezus slechts een martelaar. Dan was
het een eindeloos treuren over hoe mooi het vroeger was. Maar wie teveel
omkijkt wordt een zoutpilaar en in ruïnes kun je niet wonen.
Pasen
is een sprakeloos feest, maar er valt wel wat over te zeggen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten