Totaal aantal pageviews

dinsdag 29 juli 2014

Eeuwenoud kinderbijbeltje


Een Herder had honderd Schapen. Eén van dezelven liep van den hoop af, en verdwaalde. Dit veroorzaakte den goeden herder eene groote ongerustheid. Hij zocht hetzelve met de grootste moeite, en wilde eer niet rusten, tot hij het gevonden had.
 

Zo begint de gelijkenis van Jezus over het verloren schaap in het oude kinderbijbeltje.  De tante die in het Amsterdamse grachtenpand woont, ruimt op en liet ons een stapel stoffige bijbeltjes zien.

"Mijn voorvaderen waren erg gelovig," zei ze.

Ik mocht wel wat meenemen en mijn oog viel op een zwart, versleten boekje. Toen ik het opensloeg stond er:  Uitgezogte Bijbelsche Verhaalen, tot een leesboek voor de Jeugd.
Behoorlijk oud, dus nam ik dat mee in mijn tas.

 

Eenmaal thuis ontdekte ik het jaartal MDCCXCIV. Grote genade, dit boekje dateert uit 1794! In archieven worden zulk soort werkjes met de grootste zorgvuldigheid en in de beste klimatologische omstandigheden geconserveerd en mag je er met ingehouden adem voorzichtig in bladeren.  Maar ik kan er in bladeren zoveel ik wil. Kostbare horloges, dure sieraden, ze interesseren mij niet, maar dit zal een kleinood voor de boekenkast zijn.

Voorin staat een krabbeltje dat Bijbelsche Verhaalen in 1818 aan een 9 jarig kind cadeau is gedaan. Soms is er met een potlood door de tekst gekrast. Een peuter van enkele eeuwen geleden?  Er staan prachtige gravures in die de Bijbelse geschiedenissen verbeelden. Jammer dat er behoorlijk wat van die platen zijn uitgeknipt.
 
 

De schrijfstijl doet ons natuurlijk erg ouderwets aan. Opvallend dat de schrijver dat in zijn inleiding ook opmerkt. Hij kreeg het verwijt dat hij de 'regte kindertaal niet altijd getroffen hebbe',  maar hij wilde ook weer niet te Kindsch schrijven, kinderen hebben dat namelijk al snel door.  Dus raadt hij aan dat Moeders en Leeraars (lazen vaders in die tijd niet voor?) de verhalen eerst voorlezen in eenvoudiger taal . Later kunnen de Kinders de Jeugdbijbel dan zelf ter hand nemen.

Na de gelijkenis van het schaap volgt er een stichtelijk woord:

De Goedertierene God wil gaarne alle menschen, die van den regten weg afgedwaald zijn, weder terug brengen.

 

zondag 20 juli 2014

Kruislingse gebedsverhoring


Bid en het zal je gegeven worden, staat er in de Bijbel, dus bad ik meer dan 20 jaar geleden om werk. Ik was net afgestudeerd en zocht naarstig naar een baan, simpel uitzendwerk zou ook al prima zijn. Ik struinde uitzendbureaus langs, stuurde sollicitatiebrieven.

Maar, ik had daardoor ook tijd om naar een christelijke conferentie te gaan in Alphen aan den Rijn. Toen ik daar was liep ik een charismatische man tegen het lijf die vrijwilligers zocht voor een grote manifestatie met Pinksteren. Bidden voor eenheid, Gods Geest waait overal. Daar had het mee te maken.
Toen ik hem vertelde dat ik toch werkzoekend was en wel tijd had, jubelde hij het uit. Dit was eerste klas gebedsverhoring.
"Vanmorgen in de auto bad ik nog om meer vrijwilligers, en kijk wat er gebeurt. Ik kom jou tegen!"

 

Toen ik die dag thuis kwam, ging de telefoon. Het uitzendbureau. In de bibliotheek van Gist Brocades te Delft konden ze wel een extra kracht gebruiken. Redelijk simpel werk: veel kopiëren, maar wie weet zat er meer in het vat. Ik kon morgen al beginnen. Fulltime voor minimaal een half jaar.
Tja.

Die zelfde avond belde ik de charismatische man op met de mededeling dat ik als net afgestudeerde mijn eerste baantje te pakken had en dat ik dus helaas toch niet kon meehelpen met de Bidden-voor-eenheid manifestatie.

"Zo zie je maar dat de duivel altijd weer roet in het eten gooit," vond hij.
"Bid en het zal je gegeven worden," zei ik. "Ik bid om werk en ik krijg iets aangeboden."
"Dat is ook wel weer zo," excuseerde hij zich.

De manifestatie werd een groot succes.

 
En de moraal van dit waar gebeurde verhaal? Ach, dat kan iedereen voor zich zelf wel invullen. 

 

donderdag 10 juli 2014

Papierloos de trein in


Sinds 9 juli is het papieren kaartje verleden tijd bij de Nederlandse Spoorwegen. Na het papierloze kantoor en de e-tickets voor een vliegreis, zit je voortaan ook papierloos in de trein. Althans wat de kaartjes betreft. Nu had ik al enkele jaren een OV-chipkaart. De eerste (anonieme) chipkaart heb ik voor het eerst gekocht op station Amsterdam Zuid / WTC, zo'n vijf jaar geleden, omdat de strippenkaart bij de metro al een zeldzaam fenomeen werd.
 

Ik kan me de kartonnen treinkaartjes nog wel herinneren, waar de conducteur echte gaatjes in prikte. Later kwamen de bekende gele papiertjes. Tot voor kort had ik daar nog een stapeltje van liggen, sommigen al weer 20 jaar oud.

Tijdens de laatste verhuizing heb ik ze allemaal weggemikt. Ik heb een onweerstaanbare neiging tot bewaren en verzamelen en om te voorkomen dat ik in therapie zou moeten gaan bij een heuse opruimcoach besloot ik deze verzameling aan de papierbak toe te vertrouwen. Achteraf jammer. Als goed archivaris had ik er tenminste eentje moeten bewaren.
 

De papieren tickets, de enkeltjes en de retourtjes, de avondretours... het is allemaal verleden tijd. Als kind fantaseerde ik al over treinreizen in de toekomst. Door Nederland zouden supersnelle Japan-achtige treinen razen. Rotterdam - Groningen binnen vijftien minuten. Over kaartjes dacht ik niet na; die zouden er in de 21ste eeuw vast nog wel zijn.

De werkelijkheid is dat er nog steeds 'hondekoppen' van tientallen jaren oud over de rails knarsen, terwijl de kaartjes inmiddels volledig virtueel geworden zijn.

 

dinsdag 1 juli 2014

Van Zoutmeerstad naar Boompjes Eiland


Hij ligt min of meer uit elkaar, maar heeft voor mij nog altijd heel veel waarde: de Bos Atlas (Atlas der gehele aarde) uit 1952. Hij was van mijn moeder, maar als kind keek ik er al in totdat er een recenter exemplaar kwam.

Het is grappig om er weer in te bladeren. Nederland is opgedeeld in elf provincies en elke provinciekaart laat de bodemsoorten zien. Groen voor kleigrond, roze voor veen en geel voor zandgrond. Wegen zijn niet zo belangrijk: stippellijntjes. Spoorlijnen staan prominenter afgebeeld, de befaamde zwarte streepjes.
 
 

De steden zijn overzichtelijk van afmeting. Rotterdam houdt op bij het Kralingse Bos en Amsterdam wordt omgeven door kleine dorpjes als Amstelveen, Diemerbrug en Schellingwoude.
Harderwijk en Elburg liggen aan het uitgestrekte water van het IJsselmeer. De Flevopolder bestaat nog niet. 

De buitenlandse kaarten zijn allemaal gebaseerd op het reliëf. Veel aandacht voor de ons omringende landen, maar hoe verder je komt hoe geheimzinniger en exotischer het wordt. Er zijn vliegtuigjes in de landkaarten getekend: hier vliegt de K.L.M.
Afrika is goeddeels gekoloniseerd. Van Casablanca tot Brazzaville wappert de Franse driekleur en de Engelsen zijn de baas in landen als  Anglo Egyptisch Soedan, Tanganjika en Rhodesia.
In de Verenigde Staten valt Zoutmeerstad op. Tussen haakjes wordt er Salt Lake City bij vermeld.
 

Er is veel aandacht voor Indonesië. Onze voormalige kolonie is gedetailleerd getekend met alle archipelletjes en eilandjes die de gordel van smaragd herbergt. Veel Hollandse namen nog. Bij Java bijvoorbeeld: Wijnkoopsbaai, Schildpaddenbaai en in de Javazee ligt een klein speldenprikje luisterend naar de naam Boompjes Eiland. Een heel oud aardrijkskundeboek die ik op internet vond, vermeld dat daar vele zeerovers verscholen zitten.
Tegenwoordig noemt men het Pulau Rakit.

Van Zoutmeerstad tot Boompjes Eiland. In de oude Bos Atlas van 1952 lijkt Nederland de wereld te regeren.