Totaal aantal pageviews

zaterdag 26 februari 2011

Eeuwige straf?

Het is natuurlijk geweldig dat – zoals geschreven in mijn vorige blog – de mens gemaakt is voor de eeuwigheid, maar geldt dat dan ook voor hen die niet in God geloven?
Of wacht voor de niet-gelovigen de eeuwige straf? Kun je onbekommerd in de hemel genieten als je weet dat er elders, in een andere dimensie, de vuren van de hel onblusbaar blijven branden. En eeuwig duurt lang. Eeuwige vreugde is al niet voor te stellen, maar dat is tenminste vreugde. Maar, eeuwige kwellingen…
In de Bijbel staat dat je verloren kunt gaan. Een rabbijn legde dit uit als dood gaan zonder deel uit te maken aan de Toekomende Wereld. Als je oprecht niet gelooft in een leven na de dood dan is dat er voor jou ook gewoon niet. Dus geen eeuwige straf, maar gewoon weg als je bent overleden. Gewist. Delete.
Of komt iedereen er uiteindelijk wel? Alverzoening, wellicht voorafgegaan door een periode van vagevuur, een soort bovenaards strafklasje.
Wie gaan er naar de hemel en wie naar de hel? Het is een vraag waar alleen God zich mee bezig mag houden. Alleen Hij doorgrondt onze ziel. Elke speculatie van onze kant snijdt geen hout.
Je kunt het vergelijken met iemand die examen doet. IJverig worden de antwoorden opgeschreven en degene die examen doet hoopt dat hij of zij zal slagen. Heeft de pen daarvan enige weet? En heeft het papier ook maar een beetje invloed?
Het is maar goed dat ‘wij’ daar niet over gaan. Het leven is vaak al lastig genoeg.

donderdag 17 februari 2011

Gemaakt voor de eeuwigheid

Het is alweer bijna drie jaar geleden dat de oma van Nicolien overleed. Ze bereikte net de eerbiedwaardige leeftijd van 97 jaar. Een stammoeder had het tijdelijke voor het eeuwige verwisseld. De rouwadvertentie in het Nederlands Dagblad besloeg nogal wat vierkante centimeters. Ze liet acht kinderen achter (één kind heeft slechts een paar jaar geleefd), 22 kleinkinderen, 19 achterkleinkinderen en zelfs een achter-achterkleinkind.
Vier maanden geleden overleed mijn vader op – bijna – 92-jarige leeftijd. Hij kon terugblikken op een mooi en zinvol leven.

Als een kunstenaar creëert God het leven. Maar, het is eindig. Zoals een zonnige zomer met blauwe luchten, vol van geurend hooi, ooit vervalt tot grauwheid en herfstige natuur. En, helaas, niet iedereen wordt oud. Alles wat ademt wordt achtervolgt door de dood. Toch is dat niet het hele verhaal, want God schiep de mens met eeuwigheidswaarde. Als het ijs smelt, verdwijnt wel het ijs, maar het water blijft en krijgt een andere vorm.
Wie weet lijkt het sterven wel op een geboorte. De overgang naar een totaal nieuw leven. Net zoals een pasgeboren baby ooit omgeven was door de moeder, maar na de bevalling haar rechtstreeks kan bekijken. Zo kunnen we in ons huidige leven God niet zien en toch is Hij om ons heen en na dit leven zien we hem rechtstreeks ‘van aangezicht tot aangezicht.’ 

Begraafplaatsen kunnen mooie groene oorden zijn. Talloze mensen worden er in herinnering gebracht, maar voor God blijven we een realiteit.

dinsdag 8 februari 2011

Halmapoppetjes

Waarom heeft God überhaupt mensen geschapen? In de Bijbel lezen we dat Hij de mensen schiep naar ‘zijn beeld’. Was Hij eenzaam en wenste Hij wezens die op Hem leken? Of lijkt God meer op een kunstenaar die voortdurend aan het creëren is? Wat dat betreft zijn wij niet veel anders. Ook de mens maakt beelden die op ons lijken. Standbeelden, barbiepoppen, etalagepoppen of halmapoppetjes. Het halmapoppetje is de mens in zijn meest eenvoudige vorm. Deze mensvormige pionnetjes gebruik je voor een bordspel, maar als kind zette ik de kleurrijke wezentjes vaak in een andere omgeving neer, ontsnapt van het slagveld van het halmabord, weggevlucht uit de ratrace van mens-erger-je-niet of ganzenbord.
Zijn wij Gods halmapoppetjes?
Liever niet. We zijn geen massaproductie.
We zijn unieke creaties, ontworpen door een Kunstenaar.

Toen Stefanie, een vriendin van Nicolien, nog niet in God geloofde, zei een gelovige collega tegen haar: “Maar God gelooft wel in jou.” Dat heeft haar – aanvankelijk nog aarzelend – aan het denken gezet. Want wat God geschapen heeft, daar gelooft Hij ook in.
Misschien heeft God ons geschapen met als doel ons lief te hebben. Zoals de zon haar stralen uitzendt in een ijskoud heelal. Pas als die stralen voorwerpen of hemellichamen raken, zoals satellieten of planeten, worden ze verwarmd.
God die Zijn schepsels wil verwarmen. Dat gaat aanzienlijk verder dan een menigte gezichtsloze halmapoppetjes. Hoewel je daar wel eindeloos mee kunt spelen.

woensdag 2 februari 2011

Oorsprong

Ik vraag me wel eens af hoe het zou zijn als je je eigen geboorte nog kon herinneren. Dan weet je nog hoe je in een veilige, donkere en warme omgeving ronddobberde. Zuurstof en voedsel kreeg je zorgeloos via de navelstreng. Die ‘lifeline’ verbond jou met een beschermend iets, maar je had er geen idee van wie of wat dat zou zijn.
Je bewoog af en toe wat en je hoorde gedempte geluiden. Je leefde je onbezorgde bestaan en je had er geen idee van dat dat ooit eindigen zou.
Maar dan… Op een dag lijkt het of die veilige omgeving jou wil uitdrijven. Je wordt ergens uitgestuwd en komt in een totaal andere wereld terecht. Verblindend licht, schelle geluiden, koud… en het ergste van allemaal: je wordt losgesneden van jouw levenslijn. Het is alsof je sterft. Dan is er ineens dat liefdevolle en intens gelukkige iets. Je wordt als het ware verwelkomd door iemand die er altijd al was en jou heeft gewild.
Wij mensen zijn dus ergens van afgeleid; we ontstonden niet zomaar. Onze oorsprong ligt bij onze voorouders. Misschien is het dan ook niet zo’n vreemde gedachte dat de oorsprong van de mensheid bij God ligt. Ik geloof dat Hij er altijd al was en ons heeft gewild. En als je het met een geboorte vergelijkt, is het in dit verband niet raar om te spreken van God als Zij. Of Onze Moeder. Of Onze Vader en Onze Moeder, want elk kind vindt natuurlijk zijn of haar oorsprong in een – laten we hopen – gelukkige moeder én vader!